Filter results

9844 resultaten

A phase inversion strategy enables thicker NMC811 electrodes for high-energy density Li-ion batteries.

Increasing the electrode thickness, thereby reducing the proportion of inactive cell components, is one way to achieve higher-energy-density lithium-ion batteries. However, when thicker electrodes are produced using the state-of-the-art slurry casting/drying procedure, this results in higher electronic and ionic overpotentials and/or mechanical failure induced by binder migration. Ethanol-induced phase inversion can effectively address these issues, as the inclusion of this processing step can produce robust, thick battery electrodes with improved electrochemical performance. These electrodes achieve higher available storage capacity per square centimeter and volume, using proven scalable technologies. Pranav Karanth, Mark Weijers, Pierfrancesco Ombrini, Davide Ripepi, Frans Ooms e Fokko M. Mulder A recent publication describing how these high capacity electrodes were obtained and tested electrochemically can be found in: A phase inversion strategy for low-tortuosity and ultrahigh-mass-loading nickel-rich layered oxide electrodes: Cell Reports Physical Science H2020 project ‘SOLIDIFY’ Within the H2020 Solidify consortium comprised of, among others, IMEC, EMPA, Fraunhofer, VDL, Umicore, and TU Delft, research was performed to arrive at high energy density solid-state lithium-metal batteries. The phase inversion-based NMC-811 cathodes that were developed by researchers at MECS/ ChemE/ TNW have been selected for the demonstrators resulting from the project, where these electrodes are infiltrated with the solid electrolyte precursor to arrive at a solid cathode composite, and then combined with a thin solid-electrolyte separator and a lithium metal anode. Pranav Karanth Mark Weijers Fokko Mulder Read the publication here

AMS Institute viert 10 jaar stedelijke innovatie en impact in Amsterdam

Na een decennium van baanbrekende projecten en transformatieve samenwerkingen, vierde het Amsterdam Institute for Advanced Metropolitan Solutions (AMS Institute) op 6 juni zijn 10-jarig bestaan met gasten, waaronder burgemeester Femke Halsema en partners. De viering vormde een feestelijk moment om terug te kijken op een decennium van stedelijke innovatie. AMS Institute, het gezamenlijke kennisinstituut van de Technische Universiteit Delft (TU Delft), Wageningen University & Research (WUR) en het Massachusetts Institute of Technology (MIT), heeft zich aan de frontlinie geplaatst van het aanpakken van dringende stedelijke uitdagingen door middel van onderzoek, innovatie, onderwijs en ondernemerschap. In nauwe samenwerking met de gemeente Amsterdam en vele private en publieke partners heeft AMS Institute een nieuwe benadering ontwikkeld voor het heruitvinden van steden. Instituten zoals AMS zijn essentieel geweest voor de status van Amsterdam als proeftuin en als internationale innovatiestad. Innovatie vereist dat we altijd vooruitkijken naar wat er gedaan kan worden in plaats van tevreden te zijn met wat er al bereikt is. Om innovatie te bevorderen, moeten we een samenleving cultiveren die nieuwe oplossingen en nieuwe ideeën waardeert. Dit vereist de bereidheid om de status quo uit te dagen. Ik wil AMS Institute bedanken voor de innovaties die het leven van inwoners verbeteren, voor de geweldige kansen voor getalenteerde studenten en voor de toegevoegde waarde voor bedrijven en overheden. Femke Halsema, Burgemeester van Amsterdam. Vanaf de oprichting in 2014, als winnende inzending van een ontwerpwedstrijd georganiseerd door de gemeente Amsterdam, is AMS Institute uitgegroeid tot een leider in het ontwikkelen van op wetenschap gebaseerde oplossingen voor stedelijke uitdagingen. Zonder de Amsterdamse ontwerpwedstrijd en het typische Amsterdamse lef, zouden we hier vandaag niet staan om 10 jaar gezamenlijke kennis- en talentontwikkeling te vieren. We danken de stad hiervoor. De complexe uitdagingen waar AMS Institute aan werkt, van de energietransitie tot klimaatbestendigheid, kunnen niet op korte termijn worden opgelost. Maar door de vooruitgang die we tot nu toe hebben geboekt, weten we dat deze samenwerking werkt. Dit instituut werkt. TU Delft kijkt uit naar de komende 10 jaar Tim van der Hagen, Rector Magnificus/Voorzitter College van Bestuur TU Delft. In het afgelopen decennium heeft AMS Institute een breed scala aan stedelijke kwesties aangepakt: van instortende kademuren en mythes rondom houtbouw tot oplossingen voor wijdverspreide energiearmoede, luchtvervuiling en obstakels bij het bereiken van netto-nul doelen. Het totale projectportfolio bedraagt bijna 250 onderzoeksprojecten. In alle activiteiten heeft AMS Institute samenwerking over grenzen heen bevorderd, 163 'urban engineers' opgeleid in het gezamenlijke MSc MADE masterprogramma van TU Delft en Wageningen University & Research, en de groei van bijna 100 stedelijke tech-startups ondersteund. De jubileumviering, gehouden op het kantoor van AMS Institute op het Marineterrein in Amsterdam, omvatte speeches van burgemeester Femke Halsema, stadsdeelvoorzitter Amelie Strens, en andere belangrijke stakeholders, waarbij het belang van de bijdragen van het instituut aan duurzame stedelijke ontwikkeling werd benadrukt. Innovaties uit afgelopen en lopende projecten waren te zien op het Marineterrein voor interactie met de gasten: de autonome boot Roboat, een schaalmodel van een plasticvanger voor in Amsterdamse grachten, 3D-printers voor organische reststromen, snacks van stedelijke tech-startups zoals Ojoa en Farmvent, recyclebare modulaire zonnepanelen, een opstelling voor hergebruik van waterafvalstromen en meer. AMS Institute is ontstaan vanuit de ambitie van Amsterdam om innovatief, economisch aantrekkelijk en een broedplaats voor talent te blijven. Tien jaar geleden schreven we een ontwerpwedstrijd uit die resulteerde in de oprichting van AMS. En kijk waar we nu staan! AMS Institute gaat de Amsterdamse uitdagingen aan door specifieke kennis en oplossingen te ontwikkelen. AMS Institute is het soort vriend dat kritisch durft te reflecteren op de processen en projecten van gemeente Amsterdam. Een vriend die ons de spiegel voorhoudt, en ons de helpende hand toesteekt als we die nodig hebben. Amelie Strens, Voorzitter dagelijks bestuur stadsdeel Centrum Amsterdam. The Playbook Een van de hoogtepunten van de viering was de lancering van The Playbook, de nieuwste publicatie van AMS Institute , die waardevolle inzichten biedt uit een decennium van onderzoek, experimenten en implementatie. Het document beschrijft zeven bouwstenen van AMS Institute en de evolutie van het instituut van een visionair concept tot een internationaal erkende koploper in stedelijke innovatie. We erkennen de dringende behoefte aan stedelijke innovatie wereldwijd, aangezien veel steden, universiteiten en bedrijven hun initiatieven willen verbeteren. Samen hebben deze zeven bouwstenen vorm gegeven aan het AMS Institute, waardoor een instituut is ontstaan dat door partnerschappen wordt gedreven en stedelijke innovatie met tastbare, wetenschappelijk onderbouwde impact stimuleert. Onze ervaring van meer dan tien jaar en deze zeven bouwstenen kunnen een leidraad zijn voor anderen, daarom vonden we het belangrijk om The Playbook te delen. Kenneth Heijns, Voormalig algemeen directeur.

Nieuw modulair en circulair paviljoen in en voor Delft

Vlakbij station Delft staat tijdelijk een nieuw circulair en modulair bouwwerk van studenten Bouwkunde van de TU Delft. Het paviljoen is geheel gemaakt uit gerecyclede materialen en is opgebouwd uit losse modules die eind juni ieder een eigen plek zullen krijgen bij betrokken Delftse organisaties. De modules die Delftse organisaties zullen ontvangen zijn samen met hen ontworpen. Eén module is bijvoorbeeld een bijenschuur voor kinderboerderij Tanthof; er is een kas voor buurtvereniging Taste! waarin zij hun eigen groente en fruit kunnen verbouwen; een ‘chillmodule’ voor scouting Paulus waar kinderen uit kunnen rusten; en een terras-overdekking voor leerwerkplaats Stunt. Daarnaast zijn enkele modules bestemd voor de paintbal-club en voor de faculteit Bouwkunde zelf. Het paviljoen blijft dertig dagen in zijn geheel staan waarna de modules van het bouwwerk hun permanente plaats bij de deelnemende organisaties krijgen verspreid over de stad. De westvleugel van het paviljoen tijdens de opening op 9 juni. Het bouwwerk is bedacht en gebouwd door de studievereninging van Bouwkunde, D.B.S.G. Stylos, ter gelegenheid van hun 130-jarige bestaan. "Met dit project willen we iets terugdoen voor de stad en daarmee studenten met de inwoners van de stad Delft verbinden" , zeggen Nienke van Dijk en Tinka de Leeuw die vanuit studievereniging Stylos het ontwerpproces met alle organisaties en de realisatie begeleidden. Om studenten en inwoners met elkaar in contact te brengen vinden er deze maand diverse activiteiten voor Delftenaren plaatsvinden bij het paviljoen. Voor meer informatie over het lustrum van Stylos of aanmelden voor de eventementen kunt u contact opnemen via: info@stylos.nl Het paviljoen bestaat uit modules ontworpen voor en met Delftse organisaties, zoals een terras voor Stunt (links) en een bijenschuur voor Tanthof (rechts). Het paviljoen staat tot eind juni op de lege kavel in de Spoorzone, bij de kruising tussen het Mercuriuspad en de Nieuwe Gracht. Bezoekers zijn te allen tijde welkom om te komen kijken. Daarnaast vinden komende weken twee openbare evenementen plaats, namelijk een diner op 19 juni vanaf 18:00 en een midzomerfeest op 27 juni van 17:00 - 22:00. Meer informatie Dit project wordt financieel gesteund vanuit verschillende fondsen, zoals de Gemeente Delft, VSB Fonds, Fast Fund, Stylos fonds, en Cultuur & Sport fonds ‘X’. Ook hebben inwoners van Delft bijgedragen.

Half Height Horizontal

Oude nederzettingen in Colombia traceren met remote sensing

Een team van de LDE -alliantie (Universiteit Leiden, TU Delft en Erasmus Universiteit Rotterdam) vroeg zich af of het mogelijk is om met remote sensing-technieken te speuren naar tekenen van oude nederzettingen in de jungle. Voor een expeditie in een dichtbegroeid bos in Colombia sloeg het team, waaronder remote sensing expert Felix Dahle van de TU Delft, de handen ineen met archeologen en drone-experts uit Colombia. In bergachtige bossen zijn drones een betaalbare oplossing om het gebied in kaart te brengen. Vanaf de grond zijn de locaties vaak slecht of niet toegankelijk. Een LiDAR-laserscanner heeft zijn waarde al bewezen in kustwaarnemingen , maar de vraag was of LiDAR de dichte boomtoppen kon omzeilen. Bomen reflecteren de laser, dus het was cruciaal om dichtbij te vliegen zodat de laser zijn weg door het bladerdek kon vinden. Het team monteerde een draagbare LiDAR-laserscanner op een drone en ging op expeditie in de buurt van oude terrassen van de Tairona-cultuur in de Sierra Nevada van Santa Marta. “We moesten de juiste plek vinden. Dicht bij de archeologische vindplaatsen en toch veilig boven het bladerdak”, zegt Felix Dahle. En het is gelukt. De LiDAR-laserscanner maakte een puntenwolk en een gedetailleerd 3D-model van het landschap. “We waren in staat om oude terrassen in de jungle zichtbaar te maken. We ontdekten dat we door het bos heen kunnen scannen als het niet te dicht is, maar sommige gebieden bleven ondoorgrondelijk. We konden ook verschillende vegetatietypen onderscheiden, wat ook van grote waarde kan zijn bij het vinden van onontdekte archeologische vindplaatsen.”

TU Delft jointly wins XPRIZE Rainforest drone competition in Brazil

TU Delft wint gezamenlijk XPRIZE Rainforest competitie in de Amazone, Brazilië Stel je zich voor: snelle en autonome robottechnologie gebruiken voor onderzoek naar de groene en vochtige longen van onze planeet; onze wereldwijde regenwouden. Drones die autonoom eDNA samplers en netten voor in boomtoppen inzetten, brengen de rijke biodiversiteit van deze complexe ecosystemen aan het licht en onthullen de effecten van menselijke activiteiten op de natuur en klimaatverandering. Op 15 november 2024, na vijf jaar intensief onderzoek en competitie, bereikte het ETHBiodivX-team, waarvan ook Luchtvaart- en Ruimtevaartonderzoekers van de TU Delft, Salua Hamaza en Georg Strunck, deel uitmaakten, een opmerkelijke mijlpaal: het winnen van de XPRIZE Rainforest Bonus Prize voor uitmuntende inspanningen bij het gezamenlijk ontwikkelen van inclusieve technologie voor natuurbehoud. Het doel: geautomatiseerde technologie en methoden ontwikkelen om bijna realtime inzichten te krijgen in biodiversiteit - het leveren van noodzakelijke gegevens die kunnen bijdragen aan behoud en beleid, duurzame bio-economieën kunnen ondersteunen en inheemse volkeren en lokale gemeenschappen, die de belangrijkste beschermers en kennishouders zijn van de tropische regenwoudens op aarde, meer macht kunnen geven. Het ETHBiodivX team, bestaande uit experts in Robotica, eDNA en Data Insights, ging de enorme uitdaging aan om de manier waarop we ecosystemen monitoren te automatiseren en te stroomlijnen. Aan het hoofd van de robotica-afdeling, een samenwerking tussen Universitair Hoofddocent Salua Hamaza van de TU Delft, prof. Stefano Mintchev van de ETH Zürich en prof. Claus Melvad en Toke Thomas Høye, ontwikkelt baanbrekende robotoplossingen om autonoom ecologische en biologische gegevens te verzamelen. “We stonden voor de immense uitdaging om robots in het wild in te zetten - en niet zomaar in een buitenomgeving, maar in een van de meest veeleisende en onbekende: de natte regenwouden. Dit vereiste buitengewone inspanningen om robuustheid en betrouwbaarheid te garanderen, waarbij we de grenzen verlegden van wat de hardware kon bereiken voor autonome gegevensverzameling van beelden, geluiden en eDNA in het Amazonegebied”, zegt universitair hoofddocent Hamaza. “Uiteindelijk zal deze technologie beschikbaar zijn voor inheemse gemeenschappen als hulpmiddel om de voortdurende veranderingen in de biodiversiteit van het bos beter te begrijpen, die de lokale bevolking voorziet van essentiële hulpbronnen zoals voedsel en onderdak.” . . . .

Veiligere en efficiëntere bloedvatbehandelingen door innovatieve kathetertechnologie

Wereldwijd worden jaarlijks meer dan 200 miljoen katheters gebruikt voor de behandeling van vaatziekten zoals hartaandoeningen en slagadervernauwing. Hoewel essentieel, brengt het gebruik van katheters risico’s met zich mee: wrijving tussen de katheter en de vaatwand kan complicaties veroorzaken. Een nieuwe technologie, ontwikkeld door Mostafa Atalla en zijn team, biedt een oplossing. Met één druk op de knop kan de wrijving van de katheter worden aangepast, van maximale grip naar volledige gladheid. Deze innovatie belooft niet alleen veiligere, maar ook efficiëntere endovasculaire procedures mogelijk te maken. De resultaten zijn gepubliceerd in het wetenschappelijk tijdschrift IEEE. Slimme katheter met instelbare wrijving Het nieuwe katheterprototype is uitgerust met geavanceerde technologie die de wrijving tussen de katheter en vaatwand nauwkeurig reguleert via ultrasone trillingen. Dit mechanisme zet via ultrasone trillingen de dunne vloeistoflaag onder druk waardoor de wrijving dynamisch kan worden aangepast: lage wrijving voor soepele navigatie door bloedvaten en hogere wrijving voor optimale stabiliteit tijdens een procedure. Tests tonen aan dat deze techniek de wrijving op harde oppervlakken met gemiddeld 60% vermindert en op zachte oppervlakken met 11%. Veelbelovende resultaten Bij experimenten op dierlijk aortaweefsel heeft het prototype zijn potentieel bewezen. Deze innovatie kan niet alleen bij vaatbehandelingen worden ingezet, maar mogelijk ook bij andere medische procedures, zoals interventies in de darmen. De onderzoekers zijn nu bezig de technologie verder te ontwikkelen en te testen op bredere toepassingen. Meer informatie Publicatie DOI: 10.1109/TMRB.2024.3464672 Toward Variable-Friction Catheters Using Ultrasonic Lubrication | IEEE Journals & Magazine | IEEE Xplore Mostafa Atalla: m.a.a.atalla@tudelft.nl | Aimee Sakes: a.sakes@tudelft.nl | Michael Wiertlewski: m.wiertlewski@tudelft.nl Wil je een demonstratie bijwonen of in contact komen met een van de onderzoekers neem contact op met: Fien Bosman, persvoorlichter TU Delft Health: f.j.bosman@tudelft.nl/ 0624953733