Filter results

9833 resultaten

Programma TU Delft | Campus Rotterdam

De afgelopen maanden is er niet stilgezeten bij programmateam Campus Rotterdam. We geven je graag een korte update over waar we nu staan én nodigen je van harte uit om met ons mee te praten en mee te denken over welke vervolgstappen nodig zijn om straks succesvol te kunnen landen in Rotterdam. Hoe? Daarover lees je verderop meer… Waar staan we nu: Voor de zomer is er door programmateam Campus Rotterdam een eerste concept Ontwikkelplan gepresenteerd aan het College van Bestuur (CvB). Onder leiding van ditzelfde team heeft het Ontwikkelplan tijdens de zomermaanden nog een verdere uitwerking gekregen. Het plan geeft, waar nu al mogelijk, concreet inzicht in de groeistrategie die we voor ogen hebben. Een strategie waarin we stap voor stap en gefaseerd toe zullen groeien naar een volwaardige campus in Rotterdam in 2040. Maar dat kunnen we als universiteit zeker niet alleen. Sinds TU Delft de ambitie heeft uitgesproken zich op termijn ook in Rotterdam te willen vestigen, is er samen met de gemeente Rotterdam, de gemeente Delft en diverse partijen in Rotterdam en de regio flink de handen ineen geslagen. Samen geven we momenteel verder invulling aan deze inmiddels gezamenlijke groeiambitie. De afgelopen periode van wederzijds aftasten, inventariseren en in kaart brengen van wensen en mogelijkheden, heeft deze zomer (8 juli 2024) geleid tot het ondertekenen van een intentieovereenkomst. Hiermee committeren gemeente Rotterdam en TU Delft zich het komende jaar aan het verder uitwerken van de plannen voor de uitbreiding naar Rotterdam. Samen onderzoeken we de haalbaarheid van onze groeiambitie en gaan we stap voor stap concreet op zoek naar de (verdere) financiering daarvan. Dat is best spannend in deze tijd waarin we te maken hebben met een nieuwe politieke realiteit en landelijke bezuinigingen op het onderwijs en de wetenschap. Maar onze ambities blijven van kracht. Daarom werken we samen met onze faculteiten en diensten en met onze partners in Delft en Rotterdam aan een (financiële) propositie en een gezamenlijk gedragen verhaal dat we binnenkort zullen presenteren bij diverse potentiële stakeholders met wie we vervolgens zullen bespreken of zij ook financieel willen instappen in deze maatschappelijke uitdaging. Stap voor stap De uitbreiding naar Rotterdam is een logische en belangrijke stap. We hebben meer én andere ingenieurs nodig om de uitdagingen van de toekomst aan te gaan. Met een (stapsgewijze) uitbreiding naar Rotterdam willen wij hier een belangrijke bijdrage aan leveren. Dat vraagt naast de bestaande natuurwetenschappelijke, construerende en ontwerpende ingenieursdisciplines om nieuwe thematische, missie gedreven opleidingen. Maar ook om onderzoek en innovaties die onze toekomstige ingenieurs nog beter voorbereiden op de uitdagingen die voortkomen uit grote transities. Denk aan: energie, gezondheid, digitalisering, grondstoffen en klimaatadaptatie. Rotterdam is bij uitstek de plek waar deze groei kan plaatsvinden. Samen kunnen we nog meer impact maken voor een betere samenleving en daarin een koploperspositie innemen. Een belangrijke eerste stap die nu wordt genomen is het ontwikkelen van nieuwe opleidingen. Samen met de faculteiten zijn er drie nieuwe opleidingen in ontwikkeling die nu nog de volgende werktitels hebben: ‘Health & Tech’, ‘Climate & Energy Systems Engineering’ en ‘Resilient Living Environment’. Zoals het er nu naar uitziet gaan de eerste Delftse opleidingen in Rotterdam in 2027 van start en starten we idealiter een jaar eerder (in 2026) met de voorlichting voor deze nieuwe opleidingen. Dat geeft ons de tijd en ruimte die nodig is om de nodige voorbereidingen op zorgvuldige wijze te treffen. Tegelijkertijd verkennen we potentiële locaties in Rotterdam, waar deze opleidingen in eerste instantie kunnen landen. We beogen een kleinschalige start. Daartoe verkennen we een aantal mogelijke locaties die op korte termijn beschikbaar kunnen zijn bij of in de nabijheid van Rotterdamse partners. Met een aantal onderwijsinstellingen en andere vastgoedeigenaren in de stad wordt gesproken welke mogelijkheden er zijn voor deze eerste fase. Dit dempt de investeringsvraag en geeft ons de tijd om parallel de verkenning voort te zetten naar de locatie(s) voor een volwaardige campus in 2040. Want een scenario waarbij TU Delft | Campus Rotterdam op verschillende locaties in de stad wordt gehuisvest in plaats van in de vorm van één grote campus, behoort zeker ook tot de mogelijkheden. Naast het realiseren van nieuwe opleidingen in Rotterdam, wordt momenteel ook nog goed gekeken naar welke bestaande activiteiten op termijn, geheel of gedeeltelijk, van Delft naar Rotterdam zullen verhuizen. Het is nu nog te vroeg om daar concreet meer over te zeggen, behalve dan dat daar op dit moment nog zorgvuldig scenario’s voor worden uitgewerkt, waarin wij ook jullie – onze TU Delft gemeenschap – graag nauw betrekken. Samen een stap verder Samen met de TU Delft gemeenschap – en dus ook samen met jullie - kijken we de komende periode graag verder naar de vervolgstappen die de toekomst van TU Delft | Campus Rotterdam verder vormgeven. Heb jij ideeën, suggesties en/of aandachtspunten bij hoe we onze ambities het beste kunnen realiseren, of heb je vragen, of zorgen over de ontwikkeling naar Rotterdam? Je bent van harte uitgenodigd om met ons mee te denken. In het najaar, maar ook zeker ook daarna, organiseren we verschillende bijeenkomsten, waarvoor je binnenkort een uitnodiging ontvangt. Tijdens die sessies praten we jullie helemaal bij, maar horen we ook graag wat jullie kijk is op de ontwikkeling naar Rotterdam. We blijven jullie daarnaast ook tussentijds op de hoogte houden van de voortgang. Mocht je meer willen weten, dan kun je via deze link een inkijkje in de ontwikkelingen bekijken. Ook vind je hier een link naar een recente collegebrief van het Rotterdamse college van Burgemeester en Wethouders aan de Rotterdamse gemeenteraad. Beide stukken geven meer informatie over waar we nu met elkaar staan en hoe we verder invulling geven aan onze gezamenlijke ambitie. Let op: Het Ontwikkelplan is voor de zomer voorgelegd aan het CvB. Het ligt momenteel ter beoordeling bij de medezeggenschapsorganen. Het is een levend document dat doorlopend een verdere uitwerking krijgt. Dit betekent dat een aantal zaken inmiddels alweer door de realiteit van vandaag is ingehaald. De impact van mogelijke bezuinigingen is hierin bijvoorbeeld nog niet meegenomen, maar voor het programma TU Delft | Campus Rotterdam is voor dit en volgend jaar al geld gereserveerd. Tot slot, de ontwikkeling van Campus Rotterdam is niet een alledaagse opdracht. Er wordt nog het nodige in beeld gebracht en onderzocht en zal in de komende periode nog om nadere besluitvorming vragen. Het blijft een buitengewoon mooie uitdaging om ons tot het nog onbekende van en nieuwe in deze ontwikkeling te verhouden. Vragen? Heb je vragen? Schroom dan niet om contact op te nemen met het projectteam Campus Rotterdam, via campusrotterdam@tudelft.nl .

Half Height Horizontal

NWO financiering voor flexibele stroomvraag van elektrisch gedreven industrie

NWO financiert twee projecten waarin onderzoek gaat plaatsvinden hoe de stroomvraag van de industrie flexibel gemaakt kan worden. Daarmee sluit het beter aan op het toekomstige energieaanbod. Een van de consortiumprojecten: ‘DEFLAME’ wordt geleid door Machteld van den Broek van de TU Delft. Zon en wind leveren een variabele hoeveelheid stroom, toch vraagt de huidige industrie een vrij constant vermogen. Om de industrie voor te bereiden op een stroomaanbod met veel zon en wind zijn aanpassingen nodig. Het gaat om zowel technische, economische als sociale aanpassingen die gezamenlijk door kennisinstellingen en bedrijfsleven worden onderzocht in deze twee projecten. Ook is er aandacht voor de drempels die aanpassingen in de weg staan. Over DEFLAME DEFLAME staat voor Direct Electrification of industrial heat demand supported by FLexibility At Multiple levels and their Exchanges (DEFLAME). Het project streeft ernaar de Nederlandse procesindustrie, en dan met name de chemische en voedselindustrie, veerkrachtiger en klimaatneutraal te maken door industriële warmte te elektrificeren met flexibiliteitopties. Van den Broek: ‘Hierbij kan je bijvoorbeeld denken aan het op- of afschakelen van installaties, opslag van warmte in de ondergrond en/of opslag van elektriciteit in batterijen, zodat de industrie beter kan inspelen op schommelingen in het energienetwerk.’ Dit vereist samenwerking op verschillende niveaus: technologie, fabrieken, clusters en nationale en internationale energiesystemen. DEFLAME richt zich op het wegnemen van obstakels voor de elektrificatie van lage temperatuur warmte (tot 400°C) met efficiënte technologie. ‘Dit wordt bij heel veel processen ingezet. Warmte is nodig om ervoor te zorgen dat de juiste chemische reacties plaatsvinden, maar ook bij het drogen, distilleren en verdampen is warmte nodig. In het kristallisatieproces om suiker te maken van bieten bijvoorbeeld, of bij de winning van zout’, legt Van den Broek uit. Bij kristallisatieprocessen kan bijvoorbeeld mechanische damprecompressie gebruikt worden. In dit proces worden de dampen door een elektrisch bediende compressor samengeperst en opnieuw gebruikt om de verdamper te verwarmen. ‘Dat bespaart energie, omdat je restwarmte gebruikt en de elektriciteit kan schoon worden opgewekt. Met zon en wind heb je, anders dan met gas, een variabel stroomaanbod. Als je de industrie wilt elektrificeren moeten bedrijven en de technologie daar flexibel op kunnen inspelen, door bijvoorbeeld als cluster warmte op te slaan of flexibiliteit in te bouwen in het elektriciteitssysteem.’ DEFLAME gaat vanuit verschillende niveaus en interdisciplinair strategieën en regelingen ontwikkelen om deze oplossingen mogelijk te maken. Van den Broek: “Ik kijk ernaar uit om samen met de partners een belangrijke stap te zetten om elektrificatie van de industrie in Nederland te bevorderen. Dit is een essentieel onderdeel van de energietransitie” Consortium partners Partners in het consortium zijn: AtlasCopco, Cosun, ISPT, Nobian, Oranje Wind Power II C.V./RWE, Smart Port, Stedin, Tennet, TNO, TU Delft en TU Eindhoven. Lees het NWO nieuwsbericht . Prof.dr.ir. M.A. (Machteld) van den Broek

Students Amos Yusuf, Mick Dam & Bas Brouwer winners of Mekel Prize 2024

Master students Amos Yusuf, from the ME faculty (Mick Dam, from the EEMCS faculty and graduate Bas Brouwer have won the Mekel Prize 2024 for the best extra scientific activity at TU Delft: the development of an initiative that brings master students into the classroom teaching sciences to the younger generations. The prize was ceremonially awarded by prof Tim van den Hagen on 13 November after the Van Hasselt Lecture at the Prinsenhof, Delft. They received a statue of Professor Jan Mekel and 1.500,- to spend on their project. Insights into climate change are being openly doubted. Funding for important educational efforts and research are being withdrawn. Short clips – so called “reels” – on Youtube and TikTok threaten to simplify complex political and social problems. AI fakes befuddle what is true and what is not. The voices of science that contribute to those discussion with modesty, careful argument and scepticism, are drowned in noise. This poses a threat for universities like TU Delft, who strive to increase student numbers, who benefit from diverse student populations and aim to pass on their knowledge and scientific virtues to the next generation. It is, therefore, alarming that student enrolments to Bachelor and Master Programs at TU Delft have declined in the past year. Students in front of the class The project is aimed to make the sciences more appealing to the next generation. They have identified the problem that students tend miss out on the opportunity of entering a higher education trajectory in the Beta sciences – because they have a wrong picture of such education. In their mind, they depict it as boring and dry. In his pilot lecture at the Stanislas VMBO in Delft, Amos Yusuf has successfully challenged this image. He shared his enthusiasm for the field of robotics and presented himself as a positive role model to the pupils. And in return the excitement of the high school students is palpable in the videos and pictures from the day. The spark of science fills their eyes. Bas Brouwer Mick Dam are the founders of NUVO – the platform that facilitates the engagement of Master Students in high school education in Delft Their efforts offer TU Delft Master Students a valuable learning moment: By sharing insights from their fields with pupils at high school in an educational setting, our students can find identify their own misunderstandings of their subject, learn to speak in front of non-scientific audiences and peak into education as a work field they themselves might not have considered. An extraordinary commitment According to the Mekel jury, the project scored well on all the criteria (risk mitigation, inclusiveness, transparency and societal relevance). However, it was the extraordinary commitment of Amos who was fully immersed during his Master Project and the efforts of Brouwer and Dam that brought together teaching and research which is integral to academic culture that made the project stand out. About the Mekel Prize The Mekel Prize will be awarded to the most socially responsible research project or extra-scientific activity (e.g. founding of an NGO or organization, an initiative or realization of an event or other impactful project) by an employee or group of employees of TU Delft – projects that showcase in an outstanding fashion that they have been committed from the beginning to relevant moral and societal values and have been aware of and tried to mitigate as much as possible in innovative ways the risks involved in their research. The award recognizes such efforts and wants to encourage the responsible development of science and technology at TU Delft in the future. For furthermore information About the project: https://www.de-nuvo.nl/video-robotica-pilot/ About the Mekel Prize: https://www.tudelft.nl/en/tpm/our-faculty/departments/values-technology-and-innovation/sections/ethics-philosophy-of-technology/mekel-prize

New catheter technology promises safer and more efficient treatment of blood vessels

Each year, more than 200 million catheters are used worldwide to treat vascular diseases, including heart disease and artery stenosis. When navigating into blood vessels, friction between the catheter and the vessel wall can cause major complications. With a new innovative catheter technology, Mostafa Atalla and colleagues can change the friction from having grip to completely slippery with the flick of a switch. Their design improves the safety and efficiency of endovascular procedures. The findings have been published in IEEE. Catheter with variable friction The prototype of the new catheter features advanced friction control modules to precisely control the friction between the catheter and the vessel wall. The friction is modulated via ultrasonic vibrations, which overpressure the thin fluid layer. This innovative variable friction technology makes it possible to switch between low friction for smooth navigation through the vessel and high friction for optimal stability during the procedure. In a proof-of-concept, Atalla and his team show that the prototype significantly reduces friction, averaging 60% on rigid surfaces and 11% on soft surfaces. Experiments on animal aortic tissue confirm the promising results of this technology and its potential for medical applications. Fully assembled catheters The researchers tested the prototype during friction experiments on different tissue types. They are also investigating how the technology can be applied to other procedures, such as bowel interventions. More information Publicatie DOI : 10.1109/TMRB.2024.3464672 Toward Variable-Friction Catheters Using Ultrasonic Lubrication | IEEE Journals & Magazine | IEEE Xplore Mostafa Atalla: m.a.a.atalla@tudelft.nl Aimee Sakes: a.sakes@tudelft.nl Michaël Wiertlewski: m.wiertlewski@tudelft.nl Would you like to know more and/or attend a demonstration of the prototype please contact me: Fien Bosman, press officer Health TU Delft: f.j.bosman@tudelft.nl/ 0624953733

Een flexibele backstop als deel van de oplossing voor netcongestie

Uit naam van het TU Delft PowerWeb Institute overhandigen onderzoekers Kenneth Brunninx en Simon Tindemans op 12 november 2024 een Position Paper aan de Tweede Kamer, met een mogelijke oplossing voor de grote netwerkcapaciteit-problemen die in Nederland steeds vaker opspelen. Waarschijnlijk haalt Nederland de klimaatdoelen 2030 niet, en dat komt onder andere doordat de grote industrie niet snel genoeg kan overstappen op elektriciteit, mede doordat er steeds vaker problemen ontstaan rondom netwerkcapaciteit en netcongestie. Naar alle waarschijnlijk zullen die problemen dit decennium eerst zelfs toenemen, voordat ze kunnen afnemen, stellen de onderzoekers. De oplossing die de onderzoekers van het TU Delft PowerWeb Institute aanbieden, is de ‘flexibele backstop’. Met een flexibele backstop kan de huidige capaciteit van het elektriciteitsnet efficiënter gebruikt worden zonder aan veiligheid of betrouwbaarheid in te boeten. Een flexibele backstop is een veiligheidsmechanisme dat semiautomatisch en op korte termijn de hoeveelheid elektriciteit vermindert die een elektrische verbruiker van het elektriciteitsnet kan onttrekken (een elektrische laadpaal of een warmtepomp) of leveren (een PV-installatie). Het is een klein apparaatje dat is aangesloten of ingebouwd in een elektrische verbruiker, zoals een laadpaal of warmtepomp, en dat ‘communiceert’ met de distributienetwerkbeheerder. In geval van acute congestie op het netwerk geeft de netwerkbeheerder een signaal aan het apparaat om de hoeveelheid stroom te beperken. Duitsland heeft recent een vergelijkbaar systeem ingevoerd voor elektrische laadpalen. De backstop wordt enkel geactiveerd in periodes van acute congestieproblemen, nadat alle andere maatregelen uitgeput zijn. “Het opwaarderen van het elektriciteitsnetwerk blijft essentieel, maar zal in de praktijk nog jaren duren. Er is dus behoefte aan kortetermijnoplossingen die geïntegreerd kunnen worden in de langetermijnplanning. Wij, de leden van het TU Delft PowerWeb Institute, roepen de overheid, netwerkbeheerders en regulator op om de flexibele backstop als extra veiligheidsmaatregel voor het netwerk te onderzoeken”, aldus de onderzoekers. Het gehele paper is hier te lezen. Kenneth Bruninx is universiteit hoofddocent bij de faculteit Techniek, Bestuur en Management, waar hij met kwantitatieve modellen energiebeleid, regulering en marktontwerp evalueert. Simon Tindemans is universitair hoofddocent in de Intelligent Electrical Power Grids groep van faculteit Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica. Hij doet onder andere onderzoek naar onzekerheid en risicomanagement voor elektriciteitsnetwerken. Het TU Delft PowerWeb Institute ontwerpt het elektriciteitsnetwerk van de toekomst.

25 year celebration of formal collaboration between Delft University of Technology and the University of Campinas

On 25 October 2024 we celebrated 25 years of formal collaboration between Delft University of Technology and the University of Campinas. What began as a project to exchange some students in chemical engineering has now grown to a multifaceted and broad academic collaboration which accumulated into 24 joint research projects (>20 M Euro); 16 advanced courses and 15 Doctors with a Dual Degree PhD. Patricia Osseweijer, TU Delft Ambassador Brazil explained, “We are proud to show and reflect on this special day the added value we created resulting from our joint activities. The lessons we learned demonstrate that especially continuity of funds and availability for exchanges has contributed to joint motivation and building trust which created strong relations. This is the foundation for academic creativity and high-level achievements.” The program presented showcases of Dual Degree projects; research activities and education. It discussed the future objectives and new fields of attention and agree on the next steps to maintain and strengthen the foundation of strong relations. Telma Franco, Professor UNICAMP shared that “joint education and research has substantially benefitted the students, we see that back in the jobs they landed in,” while UNICAMP’s Professor Gustavo Paim Valenca confirmed that “we are keen to extend our collaboration to more engineering disciplines to contribute jointly to global challenges” Luuk van der Wielen highlighted that “UNICAMP and TU Delft provide valuable complementary expertise as well as infrastructures to accelerate research and innovation. Especially our joint efforts in public private partnerships brings great assets” To ensure our future activities both University Boards have launched a unique joint program for international academic leadership. This unique 7-month program will accommodate 12 young professors, 6 from each university. The programme began on 4 November 2024 in Delft, The Netherlands.