Veelgestelde vragen
Toelating
-
Klinische Technologie is geschikt voor studenten met een vwo-diploma met een NT-profiel met biologie, of een NG-profiel met wiskunde B en natuurkunde. Meer informatie over de toelatingseisen vind je hier.
-
Ieder jaar kunnen maximaal 100 studenten worden toegelaten tot de opleiding Klinische Technologie. Deze plekken worden toegewezen door middel van selectie. Meer informatie over de selectie vind je hier.
-
Je schrijft je via Studielink alleen in bij de TU Delft en alleen aan deze universiteit betaal je het collegegeld. Zodra je bent geselecteerd voor de opleiding Klinische Technologie, word je automatisch ook ingeschreven bij de Erasmus Universiteit Rotterdam en Universiteit Leiden.
Verschil tussen opleidingen
-
Bekijk het in dit overzicht.
-
De klinisch technoloog is een specialist in een bepaalde medische technologie. Bij de opleiding Klinische Technologie komt dus naast geneeskunde ook veel techniek (in de vorm van wiskunde en natuurkunde) kijken, dit in tegenstelling tot de opleiding Geneeskunde. Vanwege deze expertise maakt de klinisch technoloog deel uit van het behandelteam. De klinisch technoloog wordt niet de behandelend arts van een patiënt (bij Geneeskunde wel), maar je kunt hem/haar meer zien als een specialist die ingeroepen wordt voor specifieke technisch-medische kennis.
Het is mogelijk om na de bachelor Klinische Technologie via een schakeljaar door te stromen naar de master Geneeskunde. Hiervoor is echter wel een selectie, het is dus geen garantie dat je deze stap kunt maken. Het advies is daarom vooral: als je al weet dat je Geneeskunde wil gaan doen, ga daar dan direct voor.
-
De biomedisch technoloog of ingenieur ontwerpt medische apparatuur die veelal gebaseerd is op mechanische, elektronische en natuurkundige principes. De toepassing van de technologie op de patiënt is voorbehouden aan klinisch technologen. Daarnaast is de opleiding Klinische Technologie meer gericht op patiëntcontact en een klinisch technoloog wordt dan ook BIG geregistreerd. Lees hier meer over de klinisch technoloog als officieel geregistreerde zorgverlener.
-
De bachelor Klinische Technologie (Delft, Rotterdam en Leiden) en de bachelor Technische Geneeskunde in Twente hebben dezelfde leerdoelen. Na afronding van deze bachelors kun je in beide gevallen een aansluitende master gaan doen die je opleidt tot het beroep van Klinisch Technoloog.
De verschillen zitten in de onderwijsvormen (denk hierbij bijvoorbeeld aan e-Learning, modulair onderwijs en practica), de opbouw van het curriculum en de locatie(s). Klinische Technologie wordt hier aangeboden door drie instellingen (TU Delft, Erasmus Universiteit Rotterdam en Universiteit Leiden). De drie universiteiten doen al sinds 2006 samen onderzoek binnen de Medical Delta. Vanuit dit onderzoek krijgen bepaalde orgaansystemen meer aandacht en wordt daar ook dieper ingegaan op de nieuwste technologie. Deze focus komt ook terug in de invulling van onze practica.
Daarnaast bestaat er binnen Klinische Technologie een minor ruimte van 15 ECTS aan het begin van het derde studiejaar. Deze minor ruimte biedt studenten de kans om een deel van hun opleiding zelf in te vullen. Studenten kunnen zichzelf hierbij verdiepen of verbreden in een bepaald onderwerp of hebben de mogelijkheid om naar het buitenland te gaan.
-
Er is geen opleiding op HBO-niveau die opleidt tot Klinisch Technoloog.
-
Een andere opleiding volgen tegelijk met Klinische Technologie is lastig vanwege de vele contacturen die Klinische Technologie heeft. Zeker in het eerste jaar van de bachelor zit de week vol met colleges, practica en werkgroepen en er is daarom weinig ruimte voor een tweede opleiding. In het eerste jaar moet je daarnaast ook het bindend studieadvies (BSA) halen om door te mogen met de opleiding. Als je naast Klinische Technologie een andere studie doet, is de kans groot dat je het BSA niet haalt.
Combineren van twee masters gebeurt soms wel. De studieadviseur of studentendecaan kan je hierover adviseren. Klinische Technologie wordt niet in deeltijd aangeboden.
De opleiding
-
De studie Klinische Technologie is een uitdagende studie, maar dit geldt eigenlijk voor alle studies aan de TU Delft. Het tempo op de universiteit ligt namelijk een stuk hoger dan op het vwo. Het is daarom belangrijk dat je er aan het begin van je studie gelijk vol voor gaat, want met de juiste inzet kom je heel ver!
-
De studiebelasting voor Klinische Technologie bedraagt gemiddeld 40 uur per week. Ongeveer 60% hiervan betreft ingeroosterde activiteiten zoals hoorcolleges of practica. De andere 40% is zelfstudie. Er wordt geen deeltijdprogramma aangeboden.
-
In het eerste studiejaar kun je een totaal van 60 ECTS (studiepunten) halen. Hiervan moet je er minimaal 45 ECTS halen (75%) om door te mogen gaan met de opleiding. Dat heet het bindend studieadvies (BSA).
-
Colleges worden tijdens de bachelor in het Nederlands gegeven. Veel boeken zijn wel Engelstalig. Tijdens de masteropleiding zijn zowel de colleges als boeken in het Engels.
-
61% van alle Klinische Technologie studenten is vrouw, 39% is man.
-
Over het algemeen beginnen colleges in Delft om 08:45 uur en kan een dag duren tot 17:45 uur. Dit verschilt als je college hebt in Leiden of Rotterdam. Op deze start- en eindtijden zijn soms uitzonderingen in verband met de beschikbaarheid van onderwijsruimtes in bijvoorbeeld de Universitaire Medische Centra in Leiden en Rotterdam. Een dag is echter zelden volledig gevuld met contacturen. Binnen een studieweek staat er namelijk meestal ook 16 uur aan zelfstudie tot je beschikking.
-
Tentamens op de TU Delft worden zowel schriftelijk als digitaal afgenomen. Dit verschilt per vak. Je kunt dit vinden in de digitale studiegids. Klik daar op [Programma] en zoek de opleiding [Bachelor Klinische Technologie].
-
In het tweede jaar van de opleiding Klinische Technologie volg je drie weken lang een zorgstage. Hierbij pas je de theorie uit de opleiding toe in de praktijk. Je kunt dan bijvoorbeeld meelopen in een verpleeghuis, een revalidatiecentrum of op de afdeling radiologie in een ziekenhuis. Daarnaast zou je ook in het derde jaar, tijdens je minor, vrijwillig kunnen kiezen voor een stage.
-
Ja, het is mogelijk om tijdens de studie Klinische Technologie naar het buitenland te gaan. Dit kan bijvoorbeeld tijdens je bachelor in je minorruimte door mee te doen aan een uitwisselingsprogramma of tijdens je afstuderen. Kijk op buitenland.tudelft.nl voor meer informatie.
-
Voor studenten die zin hebben in een extra uitdaging en meer aankunnen dan het lesprogramma is er het Honours Programme Delft. Dit is onderwijs bovenop de reguliere opleiding. Het geeft je de kans om extra kennis op te doen in of buiten je vakgebied en je persoonlijk te ontwikkelen, maar ook om eens samen te werken met studenten van andere studies.
Verschillende locaties van de opleiding
-
De studie Klinische Technologie is een zogenoemde ‘Joint Degree’ tussen de TU Delft en de medische faculteiten van de Universiteit Leiden (LUMC) en de Erasmus Universiteit Rotterdam (Erasmus MC). Het onderwijs is dan ook verdeeld over de drie steden. Zo worden de colleges en practica van de technische vakken onderwezen in Delft en die van de medische vakken in Leiden of Rotterdam. Dit biedt de kans om het beste van alle drie de universiteiten mee te krijgen!
-
Het merendeel van het onderwijs wordt op de TU Delft gegeven. Je bent zo’n drie dagen in de week in Delft, ongeveer een dag in de week in Rotterdam en een dag in de week in Leiden. Per blok en per jaar zal de verdeling over de universiteiten enigszins verschillen. Houd er rekening mee dat reizen tussen de verschillende steden bij deze studie hoort.
-
De afstand tussen de universiteiten in Delft, Leiden en Rotterdam is niet heel groot en de universiteiten zijn goed bereikbaar met het openbaar vervoer. Daarnaast moet iedereen van de opleiding op dezelfde tijden reizen dus is het vaak ook nog eens heel gezellig!
Start van de opleiding
-
Aan het begin van je studie kan er veel op je afkomen. Je moet een hoop keuzes maken. Ga je op kamers of blijf je thuis? Hoe ga je je studie bekostigen? Je eerste colleges, tentamens en opdrachten. Word je lid van een (sport)vereniging? Een handig steuntje hierbij is de website welkom.tudelft.nl met handige informatie, links en een introfilmpje.
Voordat de studie start, is er een introductieweek en introductieweekend, waar je o.a. de universiteit en medestudenten leert kennen. Je eerste studieweek is voornamelijk gevuld met introducties van vakken. Ook heb je de gelegenheid om te zorgen dat je overal goed staat ingeschreven en je boeken te halen. Een ouderejaars student (studentmentor) zal je in het begin wegwijs maken.
-
Op de website van de opleiding staan overzichten van de vakken tijdens de bachelor. Je kunt alle afzonderlijke vakken van onze opleidingen vinden in de online studiegids. Klik hier op [Programma] en zoek de opleiding [Bachelor Klinische Technologie].
De opleiding bestaat voor de helft uit technische vakken, waaronder veel wiskunde en natuurkunde, en voor de andere helft uit geneeskunde. Bij een groot deel van deze vakken wordt de techniek en geneeskunde geïntegreerd. Zo is er bijvoorbeeld een vak waarbinnen het spierskeletsysteem tegelijkertijd met de biomechanica wordt behandeld en wordt het spijsvertegingssysteem gekoppeld aan de thermodynamica. Naast deze geïntegreerde vakken volg je ook wiskunde en soms een biologisch of medisch vak. Daarnaast krijg je onderwijs over klinische vaardigheden en academische vorming. Zo krijg je training in het voeren van gesprekken met patiënten en leer je hoe je een lichamelijk onderzoek moet uitvoeren.
Elke week bevat een aantal hoorcolleges, begeleide studiegroepen en practica. De practica zijn heel divers. Zo ga je in het eerste jaar een aantal keer de snijzaal in om de anatomie van het lichaam goed te leren kennen, maar heb je ook meerdere computerpractica waarbij je de basisprincipes van programmeren onderwezen krijgt. Daarnaast leer je goed samenwerken doordat er veel vakken zijn waarin je in groepsverband aan een project werkt.
-
Ja, een laptop hoort eigenlijk wel tot de standaarduitrusting van een student. De TU Delft biedt ruimtes aan met computers, maar voor Klinische Technologie is het aan te raden om een laptop te hebben. Zeker omdat je je op meerdere locaties bevindt en daardoor niet altijd een vaste computer voorhanden hebt. Je kunt via het laptopproject met korting een laptop aanschaffen.
-
Er is studiebegeleiding in allerlei vormen beschikbaar. Bijvoorbeeld persoonlijke begeleiding van studentmentoren en studieadviseurs, trainingen en ondersteunende software. Je hebt op de universiteit wel zelf een actieve rol: er wordt verwacht dat je zelf hulp vraagt als je denkt dat dat nodig is.
Alle bacheloropleidingen aan de TU Delft hebben een mentorensysteem waarbij de eerstejaars worden ingedeeld in mentorgroepen. Als je vragen hebt over je studie of studeren in Delft dan is je mentor een goed eerste aanspreekpunt. Daarnaast werkt Klinische Technologie met studentmentoren. De studentmentor maakt je de eerste weken wegwijs op de drie instellingen en is je eerste aanspreekpunt.
Als je andere vragen hebt, bijvoorbeeld als er zaken zijn die mogelijk invloed op je studie zullen hebben (zoals een functiebeperking als dyslexie of ADHD, familieomstandigheden enz.), kun je contact opnemen met de studieadviseur van je opleiding. We raden je aan om dit z.s.m. met een studieadviseur te bespreken. Klik hier voor de contactgegevens van de studieadviseurs.
De TU Delft organiseert ook verschillende workshops en trainingen m.b.t. studievaardigheden, zoals stress management, constructief denken en studeren met dyslexie.
-
De bacheloropleiding Klinische Technologie wijkt af van de standaard TU Delft academische jaarkalender. Zo worden hertentamens bijvoorbeeld op een ander moment gegeven. Klik hier voor de Jaarindeling Klinische Technologie.
Zoals je kunt zien, staan de vakantiedagen aangegeven in groen. Er zijn ongeveer 10 weken vakantie en enkele feestdagen. Veel studenten gebruiken een deel van deze dagen echter wel om zich voor te bereiden op (her)tentamens of aan verslagen te werken. Van een ‘echte’ vakantie is op de universiteit dus niet helemaal sprake.
Na je studie
-
Technical Medicine is de driejarige vervolgmaster voor de opleiding Klinische Technologie. Je volgt andere interessante en verdiepende vakken en kunt je verder specialiseren binnen het vakgebied. Daarnaast staat deze master voor een groot deel in het teken van stages in ziekenhuizen om te laten zien dat je ook echt in staat bent op correcte wijze een bijdrage te leveren aan het welzijn van patiënten en om te gaan met collega’s, waaronder medisch specialisten. Na het afronden van de master ben je klinisch technoloog. Je beschikt dan over zowel de technische als klinische kennis en vaardigheden om technisch medische handelingen uit te voeren. Meer informatie over deze master.
Doorstromen naar een andere master kan ook, maar dan is vaak wel een schakeljaar nodig. Bekijk in de doorstroommatrix wat de mogelijkheden zijn.
-
Het is mogelijk om na de bachelor Klinische Technologie via een schakeljaar door te stromen naar de master Geneeskunde. Hiervoor is echter wel een selectie, het is dus geen garantie dat je deze stap kunt maken. Het advies is daarom vooral: als je al weet dat je Geneeskunde wil gaan doen, ga daar dan direct voor.
-
Na de bachelor Klinische Technologie en master Technical Medicine mag je jezelf Klinisch Technoloog noemen. Je wordt opgeleid om in het ziekenhuis te gaan werken waarbij je je gaat richten op de vraag hoe je bestaande medische technologieën optimaal kan inzetten in de praktijk. Hierbij ben je zelf ook zorgverlener en kun je dus ook je eigen patiënten hebben. Het beroep is echter nog vrij nieuw en volop in ontwikkeling. Voor wat voorbeelden uit de praktijk, bekijk de website van de beroepsvereniging.
Daarnaast is vanaf 1 juli 2020 de Klinisch Technoloog BIG geregistreerd. Dit houdt in dat een klinisch technoloog wettelijk bevoegd is om een aantal voorbehouden handelingen uit te oefenen, meer informatie hierover vind je op deze website.
Naast je studie
-
Je kunt een kamer vinden via DUWO, de studentenhuisvesting van Delft. We raden je aan om je zo vroeg mogelijk in te schrijven, zodat je wachttijd opbouwt. Zeker als je niet dicht bij Delft woont, is het verstandig om op tijd een kamer te zoeken. Je kunt ook een kamer vinden via hospiteeravonden. Via verschillende websites (kamernet/roombase/facebook) kun je reageren op kamers en huizen. De mensen die in het huis wonen, nodigen je dan uit om langs te komen om te kijken of je bij het huis past. Meer informatie over op kamers gaan vind je hier.
Hoe vroeg je moet gaan zoeken hangt een beetje van je eigen situatie af. Als je in juni al een kamer hebt gevonden, moet je ook huur betalen tijdens de zomervakantie, terwijl je dan misschien nog niet echt gebruik van maakt van de kamer. Het positieve is dan wel dat je zeker bent van een kamer en je bent de drukte voor. In augustus en september is de vraag naar kamers heel groot.
-
De meeste studenten die Klinische Technologie studeren, gaan in Delft op kamers. Deze stad ligt namelijk in het midden (naar allebei de ziekenhuizen in Leiden en Rotterdam is het ongeveer 20-30 minuten met het openbaar vervoer) en gemiddeld heb je het meest onderwijs in Delft (dit verschilt wel een beetje per week). Bovendien zit de studievereniging in Delft en organiseert hier ook de meeste activiteiten. Het is echter ook heel goed mogelijk om in Leiden of Rotterdam te gaan wonen, als die steden je meer liggen.
-
Naast de opleiding Klinische Technologie, waarvoor 40 uur per week staat, heb je zeker nog wat vrije tijd. Veel studenten zijn lid van de studievereniging of een studenten(sport) vereniging of hebben een bijbaantje. Wel moet je hier natuurlijk de juiste balans tussen vinden, zeker aangezien de opleiding in vergelijking met andere studies veel ‘verplichte aanwezigheid’ heeft naast zelfstudiemomenten.
-
Elke opleiding aan de TU Delft heeft een eigen studievereniging. De studievereniging behartigt de belangen van studenten, organiseert studie gerelateerde activiteiten, zoals studiereizen, lezingen en excursies en zorgt voor gezelligheid. Studentenverenigingen zijn niet verbonden aan een opleiding of aan de TU Delft. Je kunt ze meer zien als externe gezelligheidsverenigingen. Je hebt allerlei soorten studentenverenigingen, algemene verenigingen, maar ook op het gebied van cultuur, sport en politiek.
-
Studieverenigingen hebben veel te bieden. Van het behartigen van je belangen, regelen van korting voor studieboeken en leuke studietripjes. Je bent niet verplicht lid te worden van een studievereniging, maar het is zeker aan te raden.
Variscopic is de studievereniging van Klinische Technologie. De naam Variscopic is afgeleid uit de woorden ‘Varius’ (anders/divers) en ‘Scopeo’ (kijken). Dit omdat studenten Klinische Technologie anders kijken naar de medische en technische wereld en deze werelden samen laten komen. Variscopic is opgericht in 2014 en zet zich in voor het welzijn van haar leden, de studenten van Klinische Technologie. Je leest alles over wat de studievereniging voor je doet en organiseert op de website.
-
Nee, dat hoeft niet. Het is wel een goede manier om nieuwe mensen te leren kennen, zeker als je nieuw bent in Delft. Meer informatie over studentenverenigingen vind je hier.