Humans of Electrical Engineering, Mathematics and Computer Science
Przemysław Pawełczak
Mentor voor PhD’s & Liaison voor de Graduate School
Zowel in het verleden als meer recent hebben medewerkers van TU Delft ontzettend nare en heftige dingen meegemaakt. Binnen EWI gaat het vooral om vrouwen, PhD’s en internationale medewerkers, blijkt uit het Berenschot-rapport. Wat deze mensen is overkomen kunnen we nooit helemaal rechtzetten. We kunnen wel met elkaar proberen om ervoor te zorgen dat het beter wordt. Eén van de dingen die belangrijk is in dit proces, is om met elkaar in gesprek te gaan. Daarom gaan wij voor deze reeks Humans of EEMCS in gesprek met mensen over het EWIquette-thema Stepping up and supporting others when they need it.
“Ik vind TU Delft een supermooie universiteit om te werken. Ik stap altijd met plezier uit bed om naar de universiteit toe te gaan. Ik heb het meeste plezier in werken met PhD-studenten. Als docent wordt je steeds ouder, maar de studenten hebben altijd dezelfde leeftijd. Studenten zorgen ervoor dat je als docent soms een nieuw perspectief krijgt op het leven. En andersom kun je als docent soms ook een ander perspectief geven aan studenten.
We hebben binnen onze faculteit een groep die F+Cube heet. Dit staat voor Future Female Faculty. De bedoeling van F+Cube is om toekomstige, vrouwelijke high-achievers en PhD’s te koppelen aan mentors. Ik was mentor van één van deze PhD’s. Ik probeer het mentorschap ook te promoten onder mijn collega-docenten, want niet iedereen is zich ervan bewust dat je mentor kunt worden. En mensen zijn zich ook niet bewust van de noodzaak van mentorschap. En hopelijk werkt dit Humans of EEMCS verhaal ook nog wervend.
Dankzij PhD-studenten blijven wij als universiteit kennis opdoen. Het is daarom belangrijk dat docenten en begeleiders hen in bescherming nemen.
Ik vind dat zij veel meer tijd moeten krijgen van hun begeleiders, dan zij nu krijgen. Soms spreken zij hun begeleiders bijvoorbeeld maar 1 keer in de 3 weken, en dat is echt te weinig. En dat is ook de reden waarom ik die taak op mij heb genomen om mentor te zijn voor PhD’s. Door middel van mijn mentoring kan ik hen helpen om door bepaalde moeilijke periodes of trajecten heen te komen.
Een PhD vroeg bijvoorbeeld of ik hem wilde helpen bij zijn Go/no-go gesprek. Het Go/no-go moment vindt plaats als de PhD een jaar in dienst is, en daarmee wordt bepaald of een PhD-student succesvol het promotietraject kan voltooien. Die PhD had al een Go/no-go gesprek gehad, maar dit was niet goed gegaan, en daarom was er een tweede gesprek gepland. Toen heb ik hem concrete suggesties gegeven voor het gesprek. Later gaf hij aan dat dit echt had geholpen en dat hij het gesprek succesvol had afgerond. Dat maakt dit werk heel mooi en ontzettend leuk om te doen!
Ik vind het thema ‘Stepping up and supporting others when they need it’ een nobel doel. Ik denk dat het heel belangrijk dat wij een cultuur hebben waarin we een praatje maken met elkaar maken en vragen hoe het gaat. Ik ben bang dat wij allemaal zo druk zijn, dat we hier niet aan toekomen. Terwijl goed contact toch eigenlijk de basis is van een respectvolle samenwerking. Maar het hangt er wel vanaf wie je spreekt, of zij eerlijk antwoord geven als je vraagt hoe het gaat. Dat hangt ook van de hiërarchie af. PhD’s vinden het misschien lastig om te zeggen hoe het echt met hen gaat. Bij de universiteit is de hiërarchie als een onzichtbare pyramide van invloed. Een kleine groep mensen bepaalt de aansturing van de organisatie. Mensen zijn afhankelijk van de beslissingen die zij nemen. Ik mis bijvoorbeeld ook de mogelijkheid dat wij als docenten – de laag onder het managementteam - feedback of reflectie kunnen geven. Meer inclusiviteit en transparantie in het nemen van beslissingen is hierin heel belangrijk.
Ik denk dat TU Delft voor veel medewerkers een goede werkgever is, maar een deel van de mensen heeft het niet fijn. En dat is totaal niet acceptabel en dat moet we aanpakken. Daarin moeten we eerst naar onszelf kijken. Ik ben daar ook open in, want met een van mijn eerste PhD’s botste ik en heb ik ook een coachingstraject doorlopen. Dat was voor mij echt een eye opener. Ik ben zelf niet perfect, ik maak ook fouten en heb geleerd dat ik dingen anders moet doen. Ik denk dat het voor ons allemaal – TU Delft breed – belangrijk is om goed naar onszelf te kijken en te leren van onze fouten.”