Dit verhaal maakt deel uit van een groter artikel over het ontwerpen van de treinstations van de toekomst. Lees het volledige artikel hier.

Nils werkt aan twee conceptuele modellen voor het verbeteren van treinstations. “In mijn bedrijf baseren we ons werk op een EMC2B-benadering: energie, materiaal, CO2, klimaat, en biodiversiteit. Deze vijf thema's dagen de potentiële impact van onze constructies uit en zijn vanaf het begin bepalend voor elk ontwerp. Vooral biodiversiteit is moeilijk, omdat het niet voor zichzelf opkomt maar een representatieve partij vereist.” Het andere model is 'stedelijk metabolisme': het analyseren van alle in- en uitstromen van een bestaand station. Deze aanpak kan uitwijzen waar duurzaamheidswinst te behalen valt, of waar circulaire innovaties toe te passen zijn. “Welke machines in een treinstation gebruiken bijvoorbeeld het meeste elektriciteit? Veel oude stations hebben geen idee!”

In de ogen van Nils heeft elk treinstation een uniek metabolisme dat bestaat uit talloze in- en uitstromen. “Stations van de toekomst moeten deze stromen beheersen om zo circulair en milieuvriendelijk mogelijk te worden.” | Illustratie gemaakt door en eigendom van Nils le Bot.

Nils stelt zich het treinstation van de toekomst voor als circulaire materiaal- en energiesystemen die levende wezens probleemloos doorlaten. “Alles, van mensen tot materialen tot dieren, stroomt in en uit zonder ecologische schade te veroorzaken.” Elk station zou elektriciteit kunnen opwekken, afval kunnen recyclen, en water kunnen zuiveren. “Dat laatste is essentieel. Op dit moment zorgt het remmen van treinen en het verwijderen van onkruid voor veel lokale watervervuiling. Eén manier om dit probleem aan te pakken is het creëren van waterfilterende treinstations.” Op grotere schaal stelt hij zich voor hoe het treinnetwerk haast zou functioneren als een levend organisme, dat grondstoffen en materialen uitwisselt om circulariteit te optimaliseren. “Breng voedsel waar het nodig is, verscheep plastic naar het beste verwerkingsstation... We kunnen een systeem ontwerpen dat zowel veerkrachtig is als beter voor de planeet.”

Postdoctorale onderzoeker Nils le Bot

“Voor mij is architectuur een politieke zaak: ze moet sociale en ecologische kwesties aanpakken. Eén probleem is onze overmatige afhankelijkheid van auto's, wat vereist dat treinen een serieus alternatief worden.” 

Nils groeide op in Normandië: “Er was nauwelijks openbaar vervoer in mijn woonplaats.” Dus toen hij naar Parijs verhuisde, was hij gefascineerd door de intensiteit en complexiteit van de treinstations. “Ik dacht: hier kan ik aan werken.” Tot nu toe werd Nils' hele carrière gedreven door die keuze. Zijn beide MSc-scripties hadden betrekking op het 'Grand Paris spoorsysteem', dat de periferieën van de metropool met elkaar verbindt. Zijn PhD onderzocht onder andere de historische ontwikkeling van vier grote stedelijke stations. En tegenwoordig werkt hij voor AREP, een Parijse firma die gespecialiseerd is in... treinstations!

Nils le Bot


"Voor mij is architectuur een politieke zaak: ze moet sociale en ecologische kwesties aanpakken. Eén probleem is onze overmatige afhankelijkheid van auto's, wat vereist dat treinen een serieus alternatief worden."