Filter results

9652 resultaten

Resultaten initiatieven over samenwerking fossiele industrie

TU Delft is gecommitteerd aan het ondersteunen van de energietransitie en wil samenwerken met partners die deze missie onderschrijven. De vraag in hoeverre samenwerking met de fossiele brandstofindustrie bijdraagt aan de energietransitie houdt velen binnen en buiten de universiteit bezig. Afgelopen najaar werden drie initiatieven geïntroduceerd om studenten en medewerkers in de gelegenheid te stellen actief mee te denken over deze vraag. Het ging om een online raadpleging, open dialoogsessies en een moreel beraadkamer. De initiatieven zijn nu afgerond en hebben geresulteerd in vier aanbevelingen waar we mee aan de slag gaan. De aanbevelingen staan hieronder samengevat. 1. Wees transparant over samenwerking Bij alle drie de initiatieven werd duidelijk dat er binnen TU Delft veel behoefte is aan openheid over samenwerking. Het gaat daarbij om transparantie over samenwerkingen én over de motivatie voor deze samenwerkingen. In de online raadpleging koos 80% van de bijna 3.000 deelnemers voor het geven van openheid. Het was daarmee de meest populaire maatregel. 2. Koester en versterk een open gesprekscultuur De open dialogen en de bijeenkomsten van de moreel beraadkamer vonden plaats in een open sfeer en lieten zien dat het mogelijk is om in dergelijke settings een constructief, inhoudelijk gesprek te voeren. Er was bij de deelnemers behoefte aan meer dialoog over dit onderwerp. Ook de recente bevindingen van de Onderwijsinspectie over sociale veiligheid bevestigen dat TU Delft er goed aan doet om verder te bouwen aan een open gesprekscultuur. De drie initiatieven, of variaties daarop, kunnen hierbij behulpzame instrumenten zijn. 3. Stel voorwaarden aan samenwerking met de fossiele brandstofindustrie Uit de drie initiatieven komt naar voren dat er verschillende opvattingen leven over de vraag of samenwerking met de fossiele brandstofindustrie kan helpen om de energietransitie te versnellen. Een meerderheid van de deelnemers aan de raadpleging koos voor een maatregel om voorwaarden te stellen aan samenwerking (76%) – hetzij aan de partner (54%), hetzij aan de samenwerking zelf (58%). Er is geen breed gedragen signaal gegeven om op korte termijn in het geheel geen nieuwe samenwerkingen aan te gaan of om lopende samenwerkingen te stoppen. 4. Bepaal de rol van TU Delft in de energietransitie 94% van de deelnemers aan de online raadpleging vindt dat TU Delft een belangrijke rol heeft te vervullen in de energietransitie. Maar wat die rol precies inhoudt en hoe we die willen invullen is nog niet voldoende helder. Daarom wordt het gesprek hierover voortgezet. Wat is de ambitie van TU Delft, welke verantwoordelijkheid valt wetenschappers, andere medewerkers, studenten en bestuurders toe? Hoe zetten we voortschrijdend inzicht om in daden? Kunnen we hier op nieuwe manieren onze krachten bundelen met andere universiteiten? Het College van Bestuur heeft bovenstaande aanbevelingen overgenomen. Aan het Climate Action Programme en het Integrity Office is gevraagd om samen met collega’s uit andere organisatieonderdelen een kernteam samen te stellen om de coördinatie van de vervolgstappen op zich te nemen. Meer informatie Bekijk hieronder de stukken waarop bovenstaande aanbevelingen zijn gebaseerd. Advies aan het College van Bestuur ​​​​​​​Managementsamenvatting Moreel Beraadkamer ​​​Resultaten van de online raadpleging Rapportage over de open dialogen
Sandcastle on the beach

Volg de weg van het sediment

Stuart Pearson, coastal engineer bij TU Delft, ontvangt een NWO Veni-beurs. Hij gaat onderzoeken hoe sediment zich verplaatst. Op het niveau van een individuele zandkorrel. Zo hoopt hij een numeriek model te verifiëren waarmee precies de afgelegde route van het zand duidelijk wordt. Dit kan een uitkomst bieden om de kustbescherming op een natuurlijke manier te beïnvloeden en stimuleren. Duinen zijn belangrijke barrières om Nederland te beschermen tegen overstromingen. Om de kustlijn en haar beschermers in stand te houden, proberen coastal engineers het natuurlijke systeem te begrijpen. Zo kunnen ze nieuwe effectieve maatregelen ontwerpen om de kust te beschermen. S.G. (Stuart) Pearson S.G.Pearson@tudelft.nl Chaos De kust is voortdurend in beweging. Zand erodeert continu, waarna het elders weer ophoopt. Maar waar? Stuart Pearson zoomt in op een ongekend kleine schaal en wil erachter komen welke weg specifieke zandkorrels afleggen naar verschillende locaties aan de kust. Het is een enorme uitdaging om de korrels te volgen, en niet alleen omdat ze er allemaal hetzelfde uitzien. Golven en stromingen beïnvloeden het sedimenttransport in alle richtingen. "Het lijkt één grote chaotische puinhoop", zegt Pearson. "Ik beschouw kusten als een onderling verbonden netwerk van sedimentroutes, zoals een metrokaart die laat zien hoe stations met elkaar verbonden zijn. Deze connectiviteit onthult de verborgen structuur die ten grondslag ligt aan de chaotische sedimentroutes." Gekleurd zand in een groot zwembad Om deze routes te ontdekken werkt Pearson aan een experiment met een strand in een gecontroleerde laboratoriumsetting. Omdat het in de natuur bijna onmogelijk is om individuele korrels te onderscheiden, kwam hij op een kleurrijk idee. In een golfslagbassin ter grootte van een olympisch zwembad bij Deltares zal hij een strand aanleggen dat verdeeld is in vlakken met verschillende kleuren zand. "Ik heb een techniek ontwikkeld om een dataset te maken van de bewegingen van de korrels. Camera's zullen het bassin van bovenaf volgen en identificeren waar de verschillende kleuren terechtkomen, en vooral via welke weg ze daar komen." Numerieke modellen valideren Tijdens zijn PhD werkte Pearson aan een veldexperiment waarbij hij fluorescerend groen zand volgde bij de Waddeneilanden. "Het meten van de paden in ‘het wild’ is erg moeilijk", legt hij uit. "Ik kon zien waar een deel van het groene zand zich heen verplaatste, maar dat vertelt ons maar deels iets over het kustsysteem. Ik wil precies de routes van het systeem begrijpen, en dat kunnen we alleen in het lab doen.” Pearson ontwikkelde numerieke modellen om de meest plausibele routes te onderzoeken. Hij kijkt uit naar de nieuwe mogelijkheden dankzij deze veni-beurs: "Ik hoop met nieuwe laboratoriumexperimenten te bewijzen dat het model fysiek de juiste processen weergeeft. En daarnaast hoop ik dat andere onderzoekers hun modellen van sedimenttransport kunnen valideren aan de hand van mijn dataset."

Half Height Horizontal

Nieuwe LDE trainee in D&I kantoor

Keehan Akbari is begin september begonnen als nieuwe LDE trainee bij het Diversity and Inclusion kantoor. Wat motiveerde hem om voor het D&I office te gaan werken, wat verwacht hij te bereiken tijdens dit traineeship? Lees het korte interview hieronder! Wat motiveerde je om je LDE-traineeship bij het Diversity and Inclusion office van TU Delft te volgen? Ik heb zowel de bachelor als de master Culturele Antropologie en Ontwikkelingssociologie aan de Universiteit Leiden afgerond. Binnen deze discipline ging mijn interesse vooral uit naar thema's als inclusie en diversiteit. Nadat ik was aangenomen als trainee voor het LDE-traineeship, ontdekte ik dat één van de mogelijke opdrachten toebehoorde aan het Diversity and Inclusion office. De keuze was vervolgens wat mij betreft snel gemaakt. Ik zag dit namelijk als een uitgelezen kans om de theorieën die ik tijdens mijn studie had geleerd in de praktijk toe te passen. Welke specifieke vaardigheden of ervaringen breng je mee naar het D&I kantoor die zullen helpen inclusiviteit op de campus te bevorderen? Ik ben iemand die graag verbindt in plaats van polariseert door rekening te houden met verschillende perspectieven en belangen van stakeholders. Ik geloof dat dit de manier is waarop je het meeste kunt bereiken bij het bevorderen van diversiteit en inclusie. In mijn optiek moet je namelijk meerdere partijen aan boord krijgen om de beste resultaten te behalen. Wat zijn je belangrijkste doelen nu je hier begint en hoe hoop je een impact te hebben? Een belangrijk doel voor mij dit jaar is om studenten meer te betrekken bij diversiteit en inclusie aan de universiteit. Eén manier waarop ik dit wil bereiken is door bij te dragen aan de oprichting van D&I studententeams. Door een D&I-studententeam op te richten voor faculteiten, wordt het mogelijk om gericht diversiteits- en inclusie gerelateerde kwesties aan te pakken die van toepassing zijn op de desbetreffende faculteit. Hoe denk je de verschillende (studenten)gemeenschappen binnen de universiteit te benaderen? Aangezien ik nieuw ben aan de TU Delft, is het allereerst van belang om hier mijn netwerk uit te breiden. Daarom ben ik op dit moment bezig met het verkennen van de universiteit en het kennismaken met verschillende stakeholders. Daarnaast ben ik van plan om nauw contact te onderhouden met verschillende studenten- en studieorganisaties om samen te onderzoeken hoe we de samenwerking op het gebied van diversiteit en inclusie kunnen versterken. Welkom bij ons team Keehan en we wensen je veel succes met je traineeship!

Wetenschappers TU Delft en Cambridge University werken samen aan innovatieve methoden om klimaatverandering te bestrijden

Al ruim anderhalf jaar werken onderzoekers van de TU Delft en het Cambridge University Centre for Climate Repair intensief samen aan baanbrekende technieken om wolken te beïnvloeden in de strijd tegen de opwarming van de aarde. Tijdens een tweedaagse bijeenkomst bespreken de teams hun voortgang. De onderzoekers van Cambridge richten zich op de technische ontwikkeling van een systeem dat zeewater kan vernevelen, waarbij zoutkristallen in de lucht worden gebracht om wolkenvorming te beïnvloeden. Het team van TU Delft, onder leiding van Prof. dr. ir. Herman Russchenberg, wetenschappelijk directeur van het TU Delft Climate Action Programma en hoogleraar Atmospheric Remote Sensing, onderzoekt de natuurkundige effecten van deze techniek. Prof. Russchenberg benadrukt het belang van dit onderzoek: "We hebben nu de eerste stappen gezet om noodmaatregelen te ontwikkelen tegen klimaatverandering. Als het nodig blijkt, moeten we voorbereid zijn om deze technieken in de praktijk te kunnen brengen. Liever gebruiken we het niet, maar het is goed om nu te onderzoeken hoe het werkt." Prof.dr.ir. Stefan Aarninkhof, decaan van de faculteit Civiele Techniek en Geowetenschappen, is trots dat de eerste resultaten in deze unieke samenwerking nu zichtbaar zijn. Als de onderzoekers in Delft en Cambridge kunnen aantonen dat het concept veelbelovend is, zullen binnen een jaar de eerste kleinschalige experimenten op een verantwoordelijke manier van start gaan. Dit onderzoek is mogelijk gemaakt dankzij de meerjarige steun van de Refreeze the Arctic Foundation, opgericht door de familie van TU Delft-alumnus Marc Salzer Levi . Dergelijke gulle bijdragen maken innovatief en impactvol onderzoek mogelijk dat dringende mondiale uitdagingen, zoals klimaatverandering, aanpakt. Grote donaties zoals deze stellen ons in staat om onderzoek van hoge impact en innovatie na te streven dat anders wellicht niet uitvoerbaar zou zijn, en tonen aan hoe onze gezamenlijke inzet en investeringen in de wetenschap kunnen leiden tot echte, transformerende oplossingen voor wereldwijde uitdagingen zoals klimaatverandering. Climate-Action Programme

Hoe systeemveiligheid Machine Learning systemen veiliger kunnen maken in de publieke sector

Machine Learning (ML), een vorm van AI waarbij patronen worden ontdekt in grote hoeveelheden data, kan heel handig zijn. Het wordt steeds vaker gebruikt, denk aan chatbot Chat GPT, voor gezichtsherkenning of aan spraaksoftware. Maar er zijn ook zorgen over de toepassing van ML systemen in de publieke sector. Hoe voorkom je dat het systeem bijvoorbeeld discrimineert, of op grote schaal fouten maakt met negatieve effecten op burgers? TU Delft wetenschappers, waaronder Jeroen Delfos, onderzochten hoe lessen uit de systeemveiligheid kunnen bijdragen aan een veiliger ML systeem in de publieke sector. ‘Beleidsmakers zijn druk met het bedenken van maatregelen om negatieve effecten van ML tegen te gaan. Uit ons onderzoek blijkt dat zij veel meer kunnen leunen op bestaande concepten en theorieën die hun waarde al hebben aangetoond in andere sectoren,’ zegt Jeroen Delfos. Jeroen Delfos Leren van andere sectoren In het onderzoek gebruikten de onderzoekers concepten van systeemveiligheid en systeemtheorie om de uitdagingen van het gebruik van ML systemen in de publieke sector te beschrijven. Delfos: ‘Concepten en tools uit de systeemveiligheidsliteratuur worden al veel gebruikt om de veiligheid van bijvoorbeeld de luchtvaart te ondersteunen, onder andere door ongelukken te analyseren met systeemveiligheidsmethodes, maar binnen het veld van AI en ML is dit nog niet gebruikelijk. Door de systeemtheoretische blik bekijken we veiligheid niet alleen als een resultaat van hoe de techniek werkt, maar juist als een resultaat van complexe set aan technische, sociale en organisationele factoren.’ De onderzoekers interviewden professionals uit de publieke sector om te zien welke factoren worden onderkend, en welke nog onderbelicht zijn. Bias Op een aantal punten kan terrein worden gewonnen om ML systemen in de publieke sector veiliger te maken. Zo wordt bijvoorbeeld bias in data nog vaak als een technisch probleem gezien, terwijl de oorsprong van die bias ver buiten het technische systeem kan liggen. Delfos: ’Denk dan bijvoorbeeld aan de registratie van criminaliteit. In buurten waar de politie vaker surveilleert wordt logischerwijs meer criminaliteit geregistreerd, waardoor deze buurten overgerepresenteerd worden in criminaliteitscijfers. Een ML systeem dat geleerd wordt patronen te ontdekken in deze cijfers zal deze bias gaan herhalen of zelf versterken. Het probleem zit echter in de manier van registreren, en niet in het ML systeem zelf.’ Risico’s verminderen Volgens de onderzoekers doen beleidsmakers en ambtenaren die bezig zijn met de ontwikkeling van ML systemen er goed aan om concepten van systeemveiligheid mee te nemen. Zo is het aan te raden om bij het ontwerpen van een ML systeem vooraf te identificeren wat voor ongelukken men wil voorkomen. Verder is een les vanuit systeemveiligheid, bijvoorbeeld in de luchtvaart, dat systemen in de praktijk de neiging hebben om over tijd steeds risicovoller te worden, omdat veiligheid steeds ondergeschikter raakt aan efficientie zolang er geen ongelukken gebeuren. ‘Het is dus belangrijk dat veiligheid een terugkomend onderwerp is bij evaluaties en dat de eisen voor veiligheid worden gehandhaafd’, aldus Delfos. Lees het paper over dit onderzoek.